Ongeval met gevaarlijke stoffen

Na een ongeval met gevaarlijke stoffen kan er brand ontstaan of een explosie plaatsvinden. Ook kan er een gifwolk ontstaan.

Giftige stoffen kunnen zorgen voor irritaties aan de luchtwegen, huid en ogen. Ook kun je er misselijk van worden. Het langdurig inademen van een hoge concentratie gevaarlijke stof, zoals ammoniak, kan blijvende schade aan de longen veroorzaken of zelfs zorgen voor overlijden.

Het inademen van rook is ongezond. Hoe schadelijk het inademen precies is, hangt af van de hoeveelheid. Hoe dichter je bij de brand woont of bent, hoe meer rook je inademt. Hoe langer je in de rook staat, ook. Blijf daarom zoveel mogelijk uit de rook.

Kijk op de risicokaart om te zien of en waar in jouw omgeving gevaarlijke stoffen worden verwerkt, opgeslagen of vervoerd. Neem als dit het geval is de volgende voorzorgsmaatregelen:

1. Zorg dat je weet hoe je het gas, de elektriciteit en de ventilatie uitschakelt.
2. Weet hoe je giftige stoffen kunt herkennen:

• • Kleur: Een bruine of gele rookwolk kan wijzen op giftige stoffen.
  • Geur: Sommige stoffen hebben een herkenbare geur, zoals ammoniak, chloor of zwavelverbindingen (geur van rotte eieren).

3. Zorg dat je altijd een noodpakket in huis hebt.

Denk aan je buren of andere mensen in je omgeving. Vooral wanneer deze zichzelf minder goed kunnen redden. Heb je zelf een beperking of ben je hulpbehoevend? Bespreek dan een noodplan met buren, familie en/of vrienden en tref voorbereidingsmaatregelen voor jouw situatie.

Wanneer je vuur en rook ziet, rook ruikt en/of hitte voelt kan er sprake zijn van een brand. Bel de brandweer via 112. Ben je buiten? Blijf dan uit de rook en neem zo snel mogelijk grote afstand (tenminste 100 meter). Bedek bij hevige rook je neus en mond en verplaats je dwars op de wind. Ben je binnen? Sluit dan alle ramen, deuren en ventilatieroosters en zet alle ventilatiesystemen uit en sluit ventilatieopeningen zoals van de afzuigkap, ontluchtingskokers, muur- en toiletroosters. Ga nooit kijken bij een brand.

Wanneer je een hoog fluitend geluid hoort en/of vuur ziet, kan er sprake zijn van een dreigende explosie. Ga in dit geval naar binnen of blijf binnen. Schuil op een veilige plek, weg van ramen en deuren. Een ruimte midden in het gebouw in het veiligst.

Wanneer je een (gekleurde) wolk ziet, een vreemde geur ruikt en/of een prikkeling in neus of mond voelt, kan er sprake zijn van een gifwolk. Blijf in dit geval binnen en sluit ramen, deuren en ventilatieroosters, zet ventilatiesystemen uit en sluit ventilatieopeningen zoals van de afzuigkap, ontluchtingskokers, muur- en toiletroosters. Ga naar een kamer waar het niet tocht, het liefst in het midden van het gebouw. Kun je niet naar binnen? Neem dan zo snel mogelijk grote afstand en verplaats je hierbij dwars op de wind, zo mogelijk met een natte doek voor je neus en mond.

Trek zo snel mogelijk je kleding uit, stop deze in een zak en sluit die af. Spoel je af onder de douche. Neem contact op met je huisarts.

Ga pas naar buiten als je van de overheid, de hulpdiensten of via de calamiteitenzender hoort dat de situatie veilig is. Als de sirene stopt, is dit geen teken dat het gevaar voorbij is.

Een gifwolk kan in een straal van 700 meter gezondheidsklachten veroorzaken. Soms krijg je pas later ziekteverschijnselen, zoals irritaties aan luchtwegen, huid en ogen of word je misselijk. Neem in deze gevallen contact op met de huisarts.

Als er sprake is van een ongeval met gevaarlijke stoffen, stem je af op Omroep Brabant. Dit is in jouw gebied de calamiteitenzender. Of raadpleeg Twitter: @VRMWB. Als al deze informatiebronnen wegvallen, vallen we terug op persoonlijke communicatiemiddelen. We komen dan naar een wijk of buurt, richten een informatiepunt in de wijk op of rijden door de straten.

Veiligheidsregio Midden- en West-Brabant, de gemeenten, nutsbedrijven waterschappen, bedrijfsleven en hulporganisaties werken intensief samen om bij calamiteiten snel in actie te komen. Zodra meerdere organisatie betrokken zijn, hebben wij de coördinerende rol en zijn de verbindende factor. Bovendien zijn we goed voorbereid. Dankzij uitgebreide plannen weten we hoe we de gevolgen van een noodsituatie zoveel mogelijk beperken.

De hulpdiensten vangen getroffenen op en verlenen eerste hulp. Ook controleren zij de impact op de omgeving.

De brandweer doet metingen om te zien over welk gebied de rook zich verspreidt. Daarmee bepaalt zij hoe ver in de omgeving een brand te zien en te ruiken is. Dat is het effectgebied. De metingen zeggen niets over de hoeveelheid schadelijke stoffen, want die zitten in iedere rookwolk.